Monthly Archives: April 2009

Fucken met je energie

Fucken met je energie

Reiki cursus 1, dag 2.
Na 2 overheerlijke lunches, liters water, 4 inwijdingen, 100 koppen thee, nog meer water, 3 koekjes, 2 stukjes Cote d’or chocolade en koffie, barstte dan toch de bom. Dat krijg je als je laat fucken met je energie.

Terwijl ik heel lelijk huilde op de behandeltafel, knikte mijn reiki-master begripvol: oud zeer.

Ik wilde huilen, brullen, snotteren, bulderen van het lachen en giechelen, ik was dolgelukkig en had verdriet.

Mijn haar zat net zo in de war als dat ik me voelde, mijn mascara zat tot op mijn knieën en dat blosje op mijn wangen waren gewoon hysterie vlekken (ze noemen het niet voor niets “lelijk huilen”). Niet meer in staat om de trein te pakken.
Wat een weekendje spiritueel doen al niet kan veroorzaken…

Volgens mijn “master” (ja-ja, giechelen mag) zal ik mijzelf weer terug vinden… Niet dat ik mezelf kwijt was, maar na dit drama kijk ik inderdaad uit naar dat beloofde land, vol nectar en honing, rust, liefde en zennnn…

De volgende dag echter ben ik nog verwarder én pissed off…
Alsof iemand mijn hoofd op en neer geschud heeft, net zo lang aan alle laatjes heeft gerammeld tot er een paar opensprongen, er een tyfus zooi van gemaakt heeft en vertrokken is zonder op te ruimen.
Het gevolg is dat ik tot twee maal toe bijna iemand van zijn sokken fiets, boos word op de dikke reet die ernstig in de weg loopt, en de koffiemadam uitkaffer…

Mijn spirituele-partner-in-crime-collega bracht redding: woeste boksbewegingen maken in de lucht terwijl je hard uitademt, lucht schijnbaar enorm op.
Met een opgetrokken wenkbrauw bekijk ik haar fanatieke en ongecensureerde Rocky Balboa imitatie. Fuck de volgorde! Fuck de regels! Roept ze. Laat lós, laat gááán!

T’is tijd voor nieuwe laatjes.

Afzeggen

Afzeggen

Ik ben hier zo slecht in, al 3 keer heb ik het nummer opgespoord in mijn mobieltje en zelfs opgeschreven in stappen wat ik ga zeggen. Maar het ging zoals wel vaker, totaal mis. Mijn improvisatie vermogen nam een loopje met me, ik kletste uit mijn nek…

– “Hallo, hallo met Sarah van Dee spreekt u! Wij hebben morgen een afspraak…geloof ik…”

* “Hé hallo daar! Ja dat klopt”

– “Ik geloof dat ik jullie, uuh je, uuh, ú moet gaan teleurstellen”

* “Oh wa…”

– “…want inmiddels, laatst, recentelijk heb ik een nieuwe tandarts gevonden, een man die gestudeerd heeft voor tandheelkundige. Heel leuk. Jaja…”

– “…dus nu kan ik niet meer bij jullie op controle. Nou het kan wel, maar dat slaat nergens op, ik heb een andere man die naar mijn tanden kijkt nu, niet dat het niet interessant zou zijn, maar ik verdoe mijn tijd. Ik zou kunnen uitslapen, winkelen, niksen uuuh enzo…”

* “…”

– “Vlakbij mijn huis, in Maastricht, ik kan er heen lopen of op de fiets! 5 minuten niet zoals naar u, drie kwartier die rotberg op. En mijn vriend was heel blij, haha gek hè? Maar dat interesseert u natuurlijk niks, of nou ja wie zegt dat u niet geïnteresseerd bent? He? Ik geloof dat ik moet ophouden met praten”

– “Zei ik dat hardop?”…

* “???”

– “Ik wens u een fijne toekomst en misschien nog tot een dag!”

Verfrommelt staart mijn papieren stappenplan mij aan. Nou, dat ging best redelijk. Denk ik, prima, ongeveer, toch?

Poledancing. Connecting people

Poledancing. Connecting people

Toch heeft het iets ongemakkelijks, als je met je collega’s die je écht wel mag, graag mee samen werkt, terrasjes pakt en pretparken mee bezoekt, in een heel kort ieniemienie broekje een workshopje Poleflow gaat doen.
Voor de leken onder ons, het is een combinatie van Yoga en paaldansen.
Ja…ik zei paaldansen. Met mijn collega’s.

Nadat we ons moed hadden ingedronken (maar niet teveel) op een zonnig terrasje liepen we giechelend naar de sportschool. We vielen acuut stil toen we horde nummer 1 tegenkwamen: gezamenlijk omkleden. Maar stoer, onder het mom “vrouwen onder elkaar”, sprongen we in het diepe.

Redelijk verlegen schuifelden we de danszaal in, pogingen ondernemend om het korte broekje iets langer te maken. Grapjes makend, om vooral te vergeten dat we elkaars blote voeten (én tenen!) konden zien… Maar helaas, langer dan maatje Daisy Duke ging het er niet op worden, wel uitgeflubberd van al dat getrek er aan.

Nadat we warm hadden moeten worden van een aantal zeer dubieuze en martelachtige yoga oefeningen konden we dan eindelijk de paal in.
En daar…in die roze hoge imposante palen, kwam de ware aard van deze computer-meisjes naar boven. Waar de één een talent voor ondersteboven hangen bleek te hebben, zwierde de ander met ongekende sierlijkheid rond de paal.

Na de les had ik de verkeerde sokken aan (not mine), collega 1 had meer uitgetrokken dan ze eerst aan had en de ander stond met coupe ontploft glazig voor zich uit te giegelen…

Poledancing. Connecting people.

Hepie & Hepie

Hepie & Hepie

Ze is eigenlijk te dik voor die witte skinny jeans, haar olifantenvoeten heeft ze á la Katrien Duck in te kleine pumps gepropt waarbij het kleine zwarte sokje – dat eigenlijk moet verbergen dat ze sokken draagt- toch zichtbaar is.

Haar Dolce Gabanna riem zit te strak, waardoor haar buik ontsnappingspogingen doet uit het enigszins doorzichtige Gucci T-shirt waarin haar zwarte beha duidelijk te zien. Ze is te zwaar opgemaakt, ze had haar lippen rustig moeten houden om haar mooie bruine ogen in waarde te doen stijgen. Maar ze wilde op haar beste vriendin lijken die, maatje 34, met zwart lang golvend haar, op haar hoge elegante pumps een prachtige witte skinny draagt en haar hoofddoek tot een mode accessoire heeft verheven.

Het valt op. Het dunne meisje lijkt nog mooier en dunner, dat dikke meisje, nog dikker en onbeholpen. Ik zie dit vaak, de dikke en de dunne.
Kiezen dunne meisjes bewust voor een “mindere” vriendin? Zodat zij afsteken, schitteren, de aandacht trekken?
Of kiest het dikke meisje voor een dunne vriendin? Omdat ze iemand wil om zich aan te spiegelen, iemand om zich aan op te trekken?

Volgens mij houden deze twee elkaar in balans, ze hebben elkaar nodig. Het dunne meisje kleed zich mooi, sexy, slank, als het dikke meisje haar voorbeeld volgt ziet ze in dat ook zij mooi is, vrouw en sexy. Misschien gaat ze haar levenswijze veranderen, of misschien accepteert ze simpelweg wie is.

Het dunne meisje heeft het dikke meisje nodig om haar humor, om haar manier om alles te bagatelliseren, om haar kijk op de wereld. Het dikke meisje heeft niets te verliezen, ze is wie ze is, met of zonder vetrollen. Ze draagt haar vrouwelijkheid uit. Ze zien het misschien zelf niet. Maar voor de buitenwereld is het Ying en Yang.

Terwijl het dunne meisje haar lippen nog een keer stift, gooit het dikke meisje haar haren nog eens los. En daar gaan ze, opgetut en wel, Hepie & Hepie. Ik wil ook een dikke vriendin…

Wie is de chef?

Wie is de chef?

Een stelletje gefrustreerde hotelschool dropouts, gaat voor elkaar koken, elkaar bekritiseren, afkatten en ondervragen, totdat ze er achter zijn wie het diploma chef-kok heeft behaald. Ja, ja ik bedoel inderdaad het immer populaire programma Wie is de chef.

Elke keer weer kijk ik met verhoogde irritatie naar dit waardeloze programma. Niet alleen zouden ze sommige mensen moeten verbieden om zich hier voor aan te melden (“ik kom uit een trotse jagersfamilie en als oudste kind heb ik duiven leren slachten”), maar ze moeten ook écht het tijdstip van uitzenden wijzigen.

Want het is een ware kwelling om 16:27 uur, om naar rollades, biefstukjes, couscous en de meest waanzinnige toetjes te kijken. Kwijlend dwaal ik door mijn huis op zoek naar iets wat lijkt op een Tarte Tatin, een Peking Eend of een Coque au vin. Helaas tref ik in mijn kasten alleen de ingrediënten voor geroosterd brood met Pindakaas, hoe frustrerend.

Op tv gaat de strijd ongemoeid door. De concurrentie tussen de wannabees is moordend!
Er word gekeken naar opmaak van de borden, het dekken van de tafel, de kooktechnieken, merk schort en pannensoorten om tot de ontdekking te komen wie dan wél beroepsmatig in de keuken staat.

De amateurschefs zoals ze zich noemen, bruisen over van keuk&kook-wijsheden.
Commentaar als “de spinazie zag er niet uit, hij glansde niet”, “het mag wat smeuïger”, “ik vind het teveel een smaakexplosie”, “de componenten passen niet”, “ik vond het heel apart dit had ik niet verwacht” moeten je doen geloven dat deze mensen meer van koken weten dan jij (zielig persoon met je geroosterde boterham met pindakaas op de bank).

Wie het programma wat vaker ziet heeft inmiddels wel door dat er altijd een tussen zit die alles beter weet, en als dat nou de chef-kok was…

Ik denk persoonlijk dat dit de meest gefrustreerde van het stel is. Hij of zij is aan de hogere hotelschool begonnen met als enige doel 6 Michelinsterren te behalen en is na dag 3 huilend uit de keuken vertrokken omdat zijn creatieve kookgeest niet genoeg gewaardeerd werd.

Let maar eens op, deze persoon gaat altijd in de keuken kijken, ongevraagd proeven en voorziet alles van ongezouten (keuken-humor) kritiek. De sausjes zijn te flauw, het vlees niet goed gesneden, en “persoonlijk” zouden ze het niet zo hebben gedaan.

Maar wat mij verbaast is dat elke aflevering weer, de chef-kok al vanaf het eerste diner gespot is door de rest.
De chefs halen tevergeefs complete trukendozen te voorschijn om niet door de mand te vallen. Nepnagels voor de vrouwen, neplevens, nepnamen, nepberoepen, ze branden het eten aan of serveren vieze borden op. De amateurs ruiken gelijk onraad.

Amateurchefs worden zonder pardon neergesabeld “zij is niet de kok, ze zocht wel erg veel naar bevestiging” terwijl de chef de hemel in geprezen word.

Het is tijd dat hier verandering in komt, dit programma verdient een oppepper.
Ik denk dat ik, ja ik, mij ga inschrijven. Het menu heb ik al helemaal klaar.

Vooraf een heerlijke Hollandse garnalen cocktail, gevolgd door mijn specialiteit: spaghetti met knakworst en ketchup. En als afsluiter, une (mislukte) omelette Siberienne.
Dit is alles opgediend op een bevlekt tafelkleed, en kattenharen in de wijnglazen… Dat word pas tv! Ik zie de amateurchefs al totaal verward in de finale zitten als ze ontdekken dat ik niet de chef ben, maar ik gewoon écht niet kan koken… eat that!

Life after Life and Cooking

Life after Life and Cooking

En ja, zoals het wel vaker gaat in internetbusiness: soms zit het mee en soms zit het tegen.

En als Unilever besluit dat de webbloggers van de Life and Cooking site moeten, dan kun je nog al je blikjes soep en wasmiddelen inzetten als paaimiddel, maar d’r is dan niks meer aan te doen.

Dus hierbij ben ik weblogger af bij L&C maar hé, er is life after Life and Cooking!