Voor degenen die hem gemist hebben op life and cooking.nl mijn introductieblog:
Of ik even een stukje wilde schrijven over mijzelf. Er is niks moeilijkers dan iets over jezelf schrijven. Want wie ben ik? Dat vraag ik mij ook regelmatig af, dus de beste manier om daar achter te komen was om het de mensen om mij heen te vragen.
Mijn moeder keek mij verliefd aan; je bent nog altijd mijn baby, mijn appeltje, mijn lieve paphoofd. Terwijl mijn moeder de fotoalbums uit de kast trok, en mijn babysokjes knuffelde, rende ik vlug naar mijn beste vriendin. Er moet toch iemand iets zinnigs te melden hebben?
Nadat ze diep had nagedacht, kreeg ik midden in de nacht een lange e-mail:
“Je bent optimistisch, enthousiast, ruimdenkend, heel zorgzaam, reislustig, nieuwsgierig, lief en uiterst briljant omdat een van je favoriete gerechten spaghetti met knakworstjes is, omdat je af en toe letterlijk stuitert van enthousiasme, je een ‘geweldig’ rekenkundig vermogen hebt :), niemand anders mij ooit zou opvrolijken tijdens een busreis door wijngums op mijn en haar gezicht te plakken, je in alle onschuld en zonder te blozen een rugbyspeler z’n t-shirt heb ontfutseld, je de meest geweldige chocolade taart kan maken, je èn goede serieuze gesprekken kan hebben èn dolle en dwaze.”
Na deze lofzang had ik gewoon moeten stoppen en niemand anders meer iets moeten vragen. Echter het mailtje “vertel mij wie ik ben” was toen al verzonden en het commentaar stroomde binnen, volgens mijn vriend was ik “volkomen geschift in het donker, alsof je uit een gesticht komt”, moest mijn bril van toen ik 13 was echt de deur uit, kookte ik niet op gevoel maar altijd met recept en de keer dat ik op gevoel kookte verdwenen er 4 eetlepels Sambal in het gerecht. Ik luister altijd iedereen af, drink veel te veel water en te weinig wijn.
Volgens mijn collega’s had ik teveel fantasie, exotische hobbies, een gewaagde kledingkeuze voor op de werkvloer (ik zeg megacoole sportschoenen met een hak van 10 centimeter), hou ik van hobbies maar niet van karten, kitesurfen en zwemmen. Maar wel weer van drijven…
Woorden als “pitspoezen” en “geval” hoorden niet op het werk geGoogled te worden en ik bakte te weinig taarten voor ze, ik was wispelturig, ziekelijk nieuwsgierig en ondanks mijn kledingkeuze had ik te weinig mini-rokken aan…
Na 20 mailtjes te hebben doorgespit keek ik enigszins gegeneerd in de spiegel. Was ik echt zo… raar?
Gelukkig bracht één mailtje orde in de verwarring, “met jou is het altijd lachen!”. Pfoei!