Nog 4 weken, nog 3 weken…zo staat het op de kalender. Hoe sneller de vertrekdatum nadert hoe groter het sprongetje is dat mijn hart maakt! Bijna op vakantie! Bijnaaa! Terwijl ik mijzelf door het huis heen stuiter kijkt mijn vriend het met lede ogen aan. Hoeveel neemt ze dit jaar weer mee? Wat komt er nu weer in mijn backpack terecht?
Maar dit jaar heb ik echt besloten zo min mogelijk mee te nemen, want van de voorgaande jaren weet ik: ik neem mijn hele garderobe mee en doe maar de helft aan.
In mijn hoofd ben ik het al helemaal aan het uitdenken: 1 spijkerbroek, 2 linnenbroeken, 3 topjes, 2 rokken, een jurkje, slippers, loopschoenen, mijn puma’s, bikini, handdoek en toiletspullen. Ik hoor mijn vriend al roepen, 3 paar schoenen? – Ja…- maar… bedenk ik me nu. Wat doe ik dan aan bij dat jurkje? Moet er niet iets met hakken mee, en welk jurkje dan? En een vestje? En een trui?
En daar gaan we weer! Ik kan niet kiezen, want wat als ik ineens dat rokje niet aan wil? Maar een andere, en die ligt dan nog thuis…
On top of the besluiteloosheid ben ik ook nog eens als de dood om belangrijke spullen te vergeten: mijn pil, medicijnen en pleisters en…en…
En nú begint de ellende pas echt. Want uit angst om iets te vergeten maak ik een lijstje… En mijn lijstjes worden Lijsten, die van onder tot boven en achter en voor vol staan met spullen die echt niet mee hoeven. Ik noem knijpers, klamboe, touw en tape, want dat hebben ze natuurlijk niet in Beijing! It’s a jungle out there! Zeker als je in 4 sterren hotels gaat overnachten…
En op het moment dat ik ga pakken, breekt het zweet me uit, heb ik echt, écht alles?
Maar dit jaar wordt het écht anders, zo min mogelijk spullen en zoveel mogelijk geld: om nieuwe spullen te kopen…